Stress is normaal, een alledaags fenomeen.
Maar veel mensen ervaren stress als een tekortkoming
(dat hoor je toch niet te hebben), of misschien wel een beetje als een afgang.
Maar niets is minder waar
Stress is normaal, iedereen heeft in meer of mindere mate stress. Stress hoort bij het leven.
Toen Mario Kanters, de wijnpastoor van de Geneugten in Someren-Eind mij via Linked-In een uitnodiging stuurde (hij weet dat ik van een lekker wijntje hou) moest ik opeens denken aan de vergelijking die ik ooit gemaakt heb tussen droesem in de wijn en stress.
De droesem in de wijn
Droesem hoort bij wijn. Het is het bezinksel onderaan in de fles en geeft de wijn zijn eigen, bijzondere smaak.
Droesem betekent ook dat het om een goede wijn gaat.
Maar….. niemand wil droesem in de mond krijgen, dat is vies, bitter en smaakt zelfs zanderig.
De droesem in ons leven
Zo is het ook met ons mensen.
Onze ervaringen van geluk, plezier, zorgen, verdriet, teleurstellingen of anders gezegd onze hoogte- en dieptepunten, overtuigingen, ideeën, zienswijzen én ons harde werken, maken ons tot wie we zijn, geven ons die typische ‘smaak’ die zo kenmerkend is voor onze persoonlijkheid.
Maar soms verwerken we al die ervaringen niet zoals het hoort, of hebben we het nooit goed geleerd waardoor de emmer regelmatig overloopt, de maat vol is, of er is zoveel tegelijk op ons afgekomen dat we niet meer weten waar we moeten beginnen met verwerken.
Om in de metafoor te blijven: dan is het de smaak van droesem die we proeven in ons leven en niet meer die van de goede wijn.
Dan wordt het tijd om eens een training of workshop te komen volgen, want plezierig leven is eenvoudiger (weer) te leren dan je denkt. Meld je wel even aan. Tot 11, 13 of 25 november!
Janny Leggedoor
Droesem, depot, moer of bezinksel is de drab, die in wijn achterblijft na de fermentatie. De droesem kan bestaan uit kristallen van wijnsteenzuur, kleurstoffen en tannine.
Bij het opleggen van de wijn kan er nog meer of minder vaste bestanddelen in de wijn zitten. Dit bepaalt mede de smaak van de wijn.
Bij het decanteren van de wijn mag er geen droesem achterblijven, omdat dit voor een bittere of zelfs zanderige smaak kan zorgen.
Bij de rijping van de wijn wordt van lie gesproken. Er worden verschillende soorten lie onderscheiden:
-
bij fijne lie is voor het verwijderen van grote vaste delen de droesem een keer gefilterd.
-
bij grove lie is de wijn niet gefilterd en zitten er dus nog vrij veel vaste delen in de wijn.
-
de lie kan ook de droesem van dode gistcellen na de gisting zijn.
De droesem wijst op de goede kwaliteit: deze zijn tijdens de rijping bezonken.
