Parodontitis bij de hond
Onderzoek heeft aangetoond dat 80% van de honden ouder dan drie jaar in meer of mindere mate last heeft van parodontitis. Dit is een aandoening van de steunweefsels van de tanden en kiezen. De steunweefsels zijn het bot, het parodontale ligament (dat zijn heel veel kleine vezeltjes tussen de wortel en het kaakbot) en het slijmvlies van de mond. Soms gebeurt dit bij alle elementen tegelijk, maar vaak is het op de ene plaats in het gebit erger dan op de andere plaats.
Het gebit
Een gebitselement (tand of kies) bestaat uit een kroon en een wortel. Op de overgang van de kroon naar de wortel hecht het mondslijmvlies (de gingiva) aan. De wortel van het element is verankerd in het bot van de kaak met behulp van het parodontale ligament. Dit ligament bestaat uit een groot aantal relatief elastische vezels, die gezamenlijk het element goed vast kunnen houden.
Figuur 1. Normale tand
Het ontstaan van parodontitis
Parodontitis begint met tandplak, een laagje van bacteriën en afvalproducten. Net als mensen krijgen honden tandplak op hun tanden als het gebit niet gepoetst wordt. Het tandplak zit meestal tegen het tandvlees aan en de bacteriën in de plak veroorzaken daar een ontsteking. Het ontstoken tandvlees wordt rood en bloedt gemakkelijk bij aanraken. Het huisdier zal een vieze geur uit de bek hebben. Vaak wordt de tandplak gemineraliseerd en krijg je een bruine aanslag op de tand: dit noemen we tandsteen. Tandsteen ontstaat dus
altijd uit tandplak. Als de ontsteking van het slijmvlies niet wordt gestopt zal het zich terugtrekken en hierdoor komt meer van de wortel van de tand of kies zichtbaar. In een later stadium wordt ook het bot aangetast, waardoor het slijmvlies zich nog verder terug trekt. Het ligament dat de tand op zijn plaats houdt wordt hierdoor ook steeds kleiner. In een eindstadium kan het gebitselement daarom los gaan zitten. Dit hele proces van ontsteking tot aan het uitvallen van een element is zeer gevoelig voor een hond.
Figuur 2. Tand met parodontitis
Therapie
Als u uw hond verdenkt van parodontitis kunt u het best langs een dierenarts gaan. Deze zal u uitleggen wat de beste behandeling is. In eerste instantie wordt het gebit onder narcose gereinigd. Ernstig aangetaste elementen moeten worden verwijderd om de pijn en het ongemak tegen te gaan. Daarna is een nabehandeling heel erg belangrijk, want zonder nabehandeling komt na een paar dagen weer tandplak op de tanden en kan de parodontitis weer opnieuw beginnen. Regelmatige controle van het gebit zorgt ervoor dat het stadium waarin elementen verloren kunnen gaan niet of veel later wordt bereikt. Het hangt van de nabehandeling thuis af hoeveel tijd er tussen twee gebitsbehandelingen mogelijk is.
Preventie
Een deel van de parodontitis kan worden voorkomen. Bot wat verloren is gegaan wordt echter niet meer teruggevormd. Als de ontsteking van het slijmvlies daarentegen stopt en onder controle gehouden wordt, zal het proces niet verder gaan. Hoe sneller dus ontdekt wordt dat een hond een gebitsprobleem heeft of ontwikkelt, hoe meer kans er is dat hij of zij de tanden en kiezen niet kwijt hoeft te raken. Het belangrijkste in de preventie van parodontitis is het voorkomen van het ontstaan van tandplak. Dit kan het beste door mechanische reiniging: tanden poetsen. Het kost bij een hond uiteraard een hoop tijd en aandacht voordat het poetsen goed gaat, maar de ervaring is dat de meeste dieren uiteindelijk het poetsen van de tanden zullen toestaan. Het aanleren van tandenpoetsen bij pups is een stuk eenvoudiger en aangezien zoveel dieren op latere leeftijd problemen met het gebit krijgen, is het daarom verstandig om al bij de pup te beginnen met tanden te poetsen. Jong geleerd is oud gedaan! Daarnaast bestaan speciale brokken die groter en steviger zijn dan normale brokken, waardoor de reiniging van het gebit verbeterd wordt. Daarnaast bevat deze voeding enzymen die voorkomen dat tandplaque tandsteen wordt. Een andere goede optie is de Bucco-fresh. Dit zijn algen in poedervorm die dagelijks over de voeding gegeven worden. Het voorkomt de aanhechting van tandplaque op de tand en maakt bestaand tandsteen zachter zodat het makkelijker verwijderd kan worden, bijvoorbeeld door middel van poetsen.